maandag 10 juni 2024

Grenada en Nootmuskaat

Idyllisch. Dat is het beste woord om de eilanden in het Caraïbisch gebied te omschrijven. Omringd door een azuurblauwe zee en gezegend met een heerlijk klimaat zijn de eilanden een perfecte bestemming voor de wat meer welgestelde zonaanbidders.
Eén van die eilanden is Grenada, door Columbus in 1498 voorbij gezeild tijdens zijn derde reis naar 'de Oost', terwijl hij natuurlijk 'de West' had ontdekt. Hij noemde het 'La Concepción' ('de Verwekking'). Hoewel hij het voor de Spaanse kroon claimde zijn er geen Spaanse voetstappen op het eiland achtergelaten. De inheemse Caribs waren niet zo gesteld op buitenstaanders. Wat later kreeg het eiland de naam Grenada, een bewijs dat Spaanse zeelieden niet zo goed hadden opgelet op school. De naam van de Zuid-Spaanse stad was namelijk Granada. Diezelfde fout maakten ze bij de nabijgelegen eilandengroep, de Grenadines.

Pas in 1649 wisten de Fransen een nederzetting op Grenada te stichten en ook toen liep de zaak al snel uit de hand. Pas toen alle Caribs waren uitgemoord of verdreven, keerde de rust terug. De Fransen stichtten er de eerste suikerplantages, waar ingevoerde Afrikaanse slaven het zware werk moeten verrichten.

In 1763 kwam Grenada in handen van de Britten. De Fransen pikten het in 1779 weer in, maar moesten het in 1783 weer teruggeven aan de Britten. Nadat slavernij door de Britse overheid werd verboden, bleken de nu vrije slaven weinig zin te hebben om op die suikerplantages te blijven werken. Dus stapten de Britten over op koelies en haalden werknemers uit India.
[A View of the Town of St George (Grenada) taken from the Belmont Estate (1819)]

Het mocht niet baten. De suikerplantages raakten in verval, maar het maakte ruimte voor het verbouwen van exotische gewassen, zoals bananen, cacao, koffie en nootmuskaat.

Er bestaan wat tegenstrijdige verhalen over het precieze moment waarop nootmuskaat op de Caraïbische eilanden voor het eerst werd aangeplant. De meest aannemelijke bron vermeld dat ene Frank Gurney in 1843 stekjes van de nootmuskaatboom liet overbrengen naar Grenada, waar ze (vermoedelijk) aangeplant werden in het gebied tussen het huidige Soubise Point en Birchgrove op de Bellevue en Capitol Estates. Een deel van Capitol wordt nog steeds Penang Estate genoemd.

Aan het eind van de vorige eeuw leverde Grenada – twee keer zo groot als Texel - zo'n 20 procent van de totale wereldproductie van nootmuskaat. Dat kwam neer op een jaarlijkse productie van zo'n 2,000 ton met een waarde van $13 miljoen. Omdat er vooral in Indonesië nogal wat smokkel naar Singapore plaatsvond, kelderde de prijs van nootmuskaatnoten.

Tijd voor actie, zo besloten the powers that be. Het Nederlandse bedrijf Catz International, onderdeel van het beursgenoteerde Acomo, stichtte in 1992 Bercatz. Het werd een Joint venture tussen Catz (30%) en het Indonesische Berdikari, de grootste nootmuskaatproducent ter wereld (70%). Het bedrijf zou de nootmuskaat van zowel Indonesië als die van Grenada gaan verkopen om op die manier de prijzen te stabiliseren.

Dat ging niet helemaal naar wens, want de natuur liet zich weer eens van zijn meest slechte kant zien. Grenada lag in het pad van twee tropische cyclonen, Ivan (2004) en Emily (2005), die het eiland en dus ook de nootmuskaatbomen zwaar teisterden.

Nu denk je misschien dat het herplanten van de nootmuskaatbomen snel een terugkeer naar de oude situatie zou betekenen, maar niets is minder waar. De eerste oogst van muskaatnoten vindt pas zeven tot negen jaar na het planten plaats en de bomen bereiken hun volledige potentieel na twintig jaar. Het duurt dus nog jaren voordat Grenada weer kan profiteren van de export van nootmuskaat.
De regering van Grenada probeert de economie zo veel mogelijk te stimuleren. Een idee is om minder muskaatnoten als commodity uit te voeren, maar meer waarde te generen door een verwerkingsfabriek te bouwen waar producten als nootmuskaatolie, nootmuskaatsiropen en nootmuskaatvet worden geproduceerd voor de voedingsmiddelenindustrie, cosmeticabedrijven of farmaceutische industrie.

Zou Acomo hier niet iets in kunnen betekenen? Het nemen van een belang in deze verwerkingsfabriek zorgt voor nieuwe producten met toegevoegde waarde voor de dochterondernemingen van Acomo.

Overigens wordt ook op het nabijgelegen Trinidad and Tobago tegenwoordig op kleinere schaal nootmuskaat verbouwd.

[Update 2 juli 2024] Here we go again.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten