Een onbekend (of vergeten) regionaal maritiem rijk was het Omaanse Rijk, gevestigd in het hedendaagse Oman op het Arabische schiereiland. Dit Omaanse Rijk concurreerde met Portugal en Groot-Brittannië om handel en invloed in de Perzische Golf en de Indische Oceaan.
Muscat, de hoofdstand van Oman, ligt op een strategische locatie aan handelsroutes, kwam tussen 1507 en 1650 onder controle van het Portugese Rijk. De Portugese admiraal Afonso de Albuquerque (1453-1515) zeilde in 1507 naar Muscat om handelsbetrekkingen aan te knopen. Toen hij de haven naderde, werden zijn schepen onder vuur genomen en hij bleek nogal heetgebakerd. Hij besloot Muscat een koekje van eigen deeg te geven met als gevolg dat het grootste deel van de stad tijdens en na de beschietingen tot de grond toe afbrandde. Weg handelsgoederen.
De Portugezen slaagden er echter nooit in om Oman volledig onder controle te krijgen. Halverwege de 17e eeuw wisten de Omaanse stammen een einde te maken aan de Portugese aanwezigheid in Muscat en de sultans richtten hun aandacht vervolgens begerig op verre oorden.
De uitbreiding van Oman
In 1696, tijdens het bewind van Saif bin Sultan, viel een Omaanse vloot Mombasa (Kenia) aan en belegerde het plaatselijke Portugese fort, waar 2,500 burgers hun toevlucht hadden gezocht. De belegering van het fort eindigde pas na 33 maanden toen het garnizoen, stervend van de honger, zich overgaf.
Toen Saif bin Sultan in het jaar 1711 overleed, bleek hij 700 mannelijke slaven te bezitten. Arabieren schijnen nogal van slaven te houden en de zuidelijke uitbreiding van Oman had dan ook als voornaamste reden de Oost-Afrikaanse slavenhandel te monopoliseren.
Tegen 1783 had het Omaanse Rijk zich oostwaarts uitgebreid tot Gwadar (tegenwoordig Pakistan). De Omani's vielen ook veel zonder succes Portugese bases in westelijk India aan. In het noorden trokken de Omani's de Perzische Golf in, namen Bahrein van de Perzen over en konden het enkele jaren bezet houden.
De uitbreiding van de Omaanse macht en invloed naar het zuiden omvatte de eerste grootschalige nederzetting van Zanzibar door Omaanse migranten. Aan het einde van de 18e eeuw werd Mogadishu (Somalië) korte tijd bezet door Omaanse troepen.
In de 18e eeuw was Oman een regionale macht geworden, waar terdege rekening mee moest worden gehouden. Diens invloed strekte zich op zijn hoogtepunt in de 19e eeuw uit van de Straat van Hormuz tot aan de kusten van het huidige Iran en Pakistan. In het zuiden reikte de macht van Oman tot Cabo Delgado, tegenwoordig de meest noordelijke provincie van Mozambique.
![]() |
[Illegaal ivoor uit Mozambique] |
In 1772 werd de positie van Zanzibar als belangrijk handelscentrum verder versterkt toen de aanvoer van ivoor vanuit Mozambique naar India instortte vanwege de buitensporige Portugese exportheffingen. De handelaren verscheepten hun ivoor daarna simpelweg via Zanzibar.
De Omani verbonden zich met de Britten en de Britse belangen in India. Als tegenprestatie mocht de British East India Company (EIC) een handelspost openen in Muscat. De Britten probeerden ook de slavernij te stoppen, al was dat een verloren zaak.
Het tegenwoordige Oman
Na de dood van Said bin Sultan in 1856 werd het rijk verdeeld onder zijn zonen in twee sultanaten: een Afrikaans deel (Sultanaat Zanzibar) onder leiding van Majid bin Said (1834- 1870 en een Aziatisch deel (Sultanaat Muscat en Oman) onder leiding van Thuwaini bin Said (1821–1866).
Ook de Britten waren nooit tevreden en in 1891 werd Oman een Brits protectoraat. Pas in 1971 werd Oman en Muscat de facto onafhankelijk.
Er werd olie ontdekt en tegenwoordig is Oman opnieuw een rijk land. Slaven zijn er ook nog, al noemen ze die tegenwoordig gastarbeiders (met verplicht ingenomen paspoort).